In Harry Potter en de Orde van de Feniks keert Harry voor zijn vijfde jaar terug op Zweinstein. Hij ontdekt dat het grootste deel van de tovergemeenschap niet op de hoogte is gesteld van de waarheid over zijn ontmoeting met de kwaadaardige Heer Voldemort. De Minister van Toverkunst, Cornelis Droebel, is bang dat het schoolhoofd van Zweinstein, Albus Perkamentus, liegt over de terugkeer van Voldemort, zodat hij Droebels macht kan ondermijnen en zijn baan kan overnemen. Droebel stelt een nieuwe leraar Verweer tegen de Zwarte Kunsten aan om Perkamentus en de leerlingen op Zweinstein in de gaten te houden. Maar de door het Ministerie goedgekeurde lessen over magische verdediging van professor Dorothea Omber, bereiden de jonge tovenaars en heksen helemaal niet voor op confrontaties met de duistere krachten, die de leerlingen en de hele tovergemeenschap bedreigen. Aangespoord door Hermelien en Ron grijpt Harry in. Hij organiseert geheime bijeenkomsten met een kleine groep leerlingen die zich de 'Strijders van Perkamentus' noemen. Harry leert de leerlingen hoe ze zichzelf tegen de Zwarte Kunsten kunnen beschermen. Hij bereidt ze voor op de uitzonderlijke confrontatie die op hen wacht.